Niels, freelance videoproducent en voormalig huisvriend, draait aan de lens van de camera en gaat op zijn knieën zitten. Ik zit achter het oude schoolbureau, waar ik twee jaar geleden de eerste letters van mijn manuscript op papier heb gezet. Ik kijk in de camera en schuif op Niels’ verzoek nog een paar centimeter naar rechts. Zufan loopt de trap op met een kop gekookt water (de damp kan een mooi effect geven), en zet het naast de laptop op het bureau. Niels steekt zijn duim op, ik haal diep adem.
Elf jaar geleden heb ik op een regenachtige middag in Middelburg met mijn toenmalige bandje voor een subsidieproject een korte promofilm opgenomen. Mijn enige ervaring met praten voor een camera tot nu toe. Toen hield ik mijn gebalde vuisten strak langs mijn lichaam, nu vind ik ontspanning in het toetsenbord van de laptop.
Ik kijk strak in de camera. Halverwege de tweede zin zoek ik naar een geruststelling, een glimlach, een omhooggetrokken wenkbrauw. Die vind ik natuurlijk niet. Al zou ik de lens uitschelden voor schele klootzak -de bolling zal niet veranderen, het glasplaatje zal niet breken. Toch is Niels na de eerste take niet ontevreden.
We filmen buiten verder. Dikke plukken wolken sieren de lucht, af en toe laat de zon zich zien. Voor even zet ik mijn toeristische bril op, en blijf staan op bruggen waar ik normaal gesproken zo snel mogelijk overheen loop. We benutten elk rustig moment voor een paar opnames. Mensen stoppen om te kijken, we zijn voor even net zo interessant als Kasteel Gravensteen en de Korenmarkt bij elkaar. Ik deel de essentie van mijn verhaal en de reden waarom ik het boek ben gaan schrijven met een paar onbekende toehoorders. Ik deins er niet voor terug, want ik vind het belangrijk dat het verteld wordt.
Niels maakt er in deze dagen een mooi geheel van. Ik ben enorm blij met zijn hulp, en donders benieuwd naar het resultaat. Op 19 september zal het filmpje op de crowdfundingpagina te zien zijn.
Tot volgende week!